Dit artikel beschrijft de werking van de SDB webservice NAW-koppeling en hoe een functioneel applicatiebeheerder de koppeling beheert in Medimo.
Omschrijving
Een NAW (Naam, Adres, Woonplaats) koppeling is een koppeling tussen verschillende systemen waarbij persoonsgegevens zoals de naam, adres en woonplaats van een persoon worden uitgewisseld. Dergelijke koppelingen worden vaak gebruikt om de juistheid en consistentie van persoonsgegevens te waarborgen tussen verschillende systemen, bijvoorbeeld tussen systemen van verschillende organisaties die dezelfde persoonsgegevens beheren. Hierdoor wordt voorkomen dat verschillende systemen inconsistenties bevatten en kan er beter worden gewerkt met accurate en up-to-date persoonsgegevens.
Proces
De koppeling doorloopt een aantal stappen om te bepalen of er een mutatie moet worden doorgevoerd. Deze stappen worden hieronder beschreven.
Nieuwe cliëntgegevens
SDB stuurt na elke relevante mutatie de cliëntgegevens inclusief de historie naar Medimo. Ook bij gebruik van de knop Opslaan in het cliëntdossier worden de gegevens verstuurd naar Medimo. Voor het sturen van gegevens wordt een klantspecifieke URL gebruikt. Hierdoor weet Medimo welk koppelvlak er gebruik wordt voor het verwerken van de cliëntgegevens. Bij ontvangst van de gegevens wordt het volgende gecontroleerd:
- Certificaat. Deze is uitgewisseld met SDB. Komt het certificaat niet overeen met wat er in het koppelvlak is ingericht, dan weigert Medimo de toegang en genereert de foutmelding Acces denied.
- IP-adres. In het koppelvlak wordt opgegeven vanaf welke IP-adressen Medimo gegevens accepteert. Komt het IP-adres niet overeen met wat er in het koppelvlak is ingericht, dan weigert Medimo de toegang en genereert de foutmelding Acces denied. Meer informatie over het koppelvlak leest u in het hoofdstuk Koppelvlak.
SDB toewijzingen nagaan
Als Medimo de gegevens accepteert, wordt er nagegaan welke toewijzingen de cliënt heeft in SDB. Medimo gebruikt de volgende data uit de SDB-toewijzing:
- AfdelingId
- Afdelingnaam
- LocatieId
- Locatienaam
- Kamernummer
- Begindatum
- Einddatum
- isClinical
Matchen SDB-toewijzingen in koppeltabel
De volgende stap is de betreffende SDB-toewijzingen nagaan in de Koppelvlaktabel webservices. Medimo gebruikt hiervoor het locationId en afdelingId uit SDB. Hierbij kan het volgende gebeuren:
- Er is een match: Medimo gaat na hoe de regel is gekoppeld om te bepalen hoe de cliëntgegevens moeten worden verwerkt.
- Er is géén match: Medimo stopt direct met het verwerken van de cliëntgegevens en voert geen mutatie uit. Als er geen match is gaat Medimo er vanuit dat het een nieuwe SDB-toewijzing betreft en voegt deze automatisch toe aan de Koppelvlaktabel webservices. De nieuwe regel dient u te koppelen voordat Medimo de cliëntgegevens kan verwerken.
Verschillen nagaan en muteren
De laatste stap is de cliëntgegevens uit Medimo te vergelijken met die uit SBD. Dit aan de hand van de Koppelvlaktabel webvervices. Zijn er verschillen, dan worden de cliëntgegevens in Medimo aangepast. Dit leidt dan bijvoorbeeld tot een opname, ontslag of verhuizing.
Ontslag cliënt
Er zijn twee situaties die in Medimo leiden tot een ontslag van een cliënt:
- Alle toewijzingen in SDB hebben een einddatum. Hierdoor krijgen alle locatietoewijzingen in Medimo ook een einddatum en wordt de cliënt ontslagen.
- De toewijzingen in SDB zónder einddatum zijn in Medimo gekoppeld met het koppeltype Negeer deze locatie. Medimo negeert deze SDB-toewijzingen en kijkt alleen naar de toewijzingen met een einddatum. Hierdoor krijgen alle locatietoewijzingen in Medimo ook een einddatum en wordt de cliënt ontslagen.
Koppelvlaktabel webservices
Medimo gebruikt de Koppelvlaktabel webservices om te bepalen of er vanuit de koppeling een wijziging moet worden doorgevoerd. In deze tabel worden de SDB-toewijzingen gekoppeld aan een corresponderende Medimo afdeling. Alle regels in deze tabel moeten zijn gekoppeld, ook de regels die Medimo moet negeren.
U opent de tabel vanuit het hoofdmenu via: Beheer > Koppelvlak beheer > Koppelvlaktabel webservices. Daar wordt een scherm getoond waar de afbeelding hieronder een voorbeeld van toont.
Nieuwe regels in de Koppelvlaktabel
In de Koppelvlaktabel webservices koppelt u SDB-toewijzingen aan Medimo afdelingen. Medimo voegt automatisch regels toe aan deze tabel wanneer er 'nieuwe' SDB-toewijzingen in de cliëntgegevens staan. Ook wordt er naar het ingestelde e-mailadres een bericht gestuurd dat er regels klaar staan om gekoppeld te worden. Nieuwe regels zijn te herkennen aan de waarde Onbekend die wordt getoond in de kolom Medimo afdeling.
Regel koppelen in de Koppelvlaktabel
Wanneer er een nieuwe regel is toegevoegd aan de tabel kunt u die koppelen. Volg daarvoor de instructies hieronder.
Koppelvlaklocatie openen
In de koppelvlaktabel kunt u klikken op een regel om de Koppelvlaklocatie aan te passen. Dit doet u in een scherm waarvan de afbeelding hieronder een voorbeeld van toont. Hier worden de Externe gegevens uit SDB getoond, kunt een Medimo afdeling selecteren en het koppeltype opgeven.
Medimo afdeling selecteren
In de koppelvlaklocatie selecteert u de Medimo afdeling die correspondeert met de SDB-toewijzing. Ook aan SDB-toewijzingen die Medimo moet negeren, dient u een afdeling te koppelen. Veelal is voor dergelijke SDB-toewijzingen een Medimo afdeling Overig aangemaakt.
Koppeltype kiezen
Het koppeltype bepaalt of de SDB-toewijzing moet worden genegeerd. U heeft hier de keuze uit de opties: Iedereen en Negeer deze locatie.
Koppelvlaklocatie opslaan
Nadat u de Medimo afdeling en het koppeltype hebt geselecteerd, kunt u de koppelvlaklocatie opslaan. Hierna keert u terug naar de Koppelvlaktabel webservices.
Niet-gekoppelde regels
Wanneer de cliënt een SDB-toewijzing heeft die niet is gekoppeld in de Koppelvlaktabel webservices, kan Medimo niet bepalen hoe de SDB-toewijzing verwerkt moet worden. Om die reden stopt het verwerken van de cliëntgegevens. Anders gezegd voert Medimo bijvoorbeeld geen verhuizing, ontslag of overlijden door als een toewijzing niet is gekoppeld. Ook regels die Medimo moet negeren dient u te koppelen. Voor deze regels geldt het volgende:
- Koppel de regel aan een Medimo afdeling. Vaak is hiervoor een fictieve afdeling Overig aangemaakt die u hiervoor kunt gebruiken.
- Gebruik het koppeltype Negeer deze locatie.
Nadat de nieuwe regel is gekoppeld dient SDB opnieuw de gegevens aan te bieden bij Medimo.
Koppelvlak
Voor de NAW-koppeling wordt in Medimo een koppelvlak ingericht. In het koppelvlak worden onder andere certificaten, IP-adressen en Koppelvlak-opties opgegeven. Medimo gebruikt het koppelvlak om de toegang te valideren, en om te bepalen in welke cluster(s) de mutaties vanuit SDB kunnen worden verwerkt.
U kunt geen aanpassingen doen aan het koppelvlak, maar het koppelvlak is wel inzichtelijk voor u. U opent het koppelvlak vanuit het hoofdmenu via: Beheer > Koppelvlak beheer > Koppelvlak.
Koppelvlak opties
In het koppelvlak kunnen extra opties worden aangezet. Hierdoor wordt de koppeling uitgebreid met extra functionaliteit. Hieronder een korte toelichting van de mogelijke opties.
Intoler & medicatielijst koppeling
Hierdoor kan SDB de medicatie, intoleranties en contra-indicaties van de cliënt in Medimo ophalen.
NAW-optie: Klinische toewijzingen negeren
In de koppeling kan onderscheid worden gemaakt tussen cliënten met-behandeling en cliënten zonder-behandeling. Hiervoor wordt een extensie -MB toegevoegd aan het afdelingId in de Koppelvlaktabel webservices. Met deze optie wordt deze functionaliteit uitgeschakeld. Hierdoor worden alle SDB-toewijzingen in MEdimo klinisch.
Gegevensuitwisseling in de koppeling
Hieronder een overzicht van de gegevens die worden gebruikt in de koppeling.
Cliëntgegevens
Momenteel ondersteunt Medimo de volgende velden uit SDB:
- SDB-ID - Dit vult Medimo in het veld ExternId in de cliëntgegevens.
- BSN
- Geboortenaam
- Geslacht
- Initialen
- Geboortedatum
- Voornamen
- Partnernaam
SDB-toewijzing
Medimo gebruikt de volgende waarden in de SDB-toewijzing:
- afdelingId
- afdelingNaam
- locatieId
- locatieNaam
- kamerNummer
- beginDatum
- eindDatum
- isClinical
Thuisgegevens
In de Thuisgegevens wordt vastgelegd wat het (thuis)adres, de huisarts en de apotheek van de cliënt zijn. Deze gegevens worden doorgaans gebruikt in een extramurale setting zoals poliklinische zorg of thuiszorg. Deze gegevens kunnen vanuit de koppeling worden gevuld. Voor de huisarts en apotheek worden hiervoor de AGB-codes gebruikt.
Hoofdlocaties en bijlocaties
Een cliënt kan in Medimo hoofd- en bijlocaties hebben. Hierdoor kan bijvoorbeeld ook dagbesteding (bijlocatie) met Medimo werken. Vooralsnog kan dit onderscheid niet vanuit SDB worden toegewezen. Alle locaties zijn in principe hoofdlocaties. Wel kunnen afdelingen in Medimo worden gemarkeerd als Altijd bijlocatie. Dergelijke afdelingen zullen in dat geval altijd als een bijlocatie worden toegewezen aan de cliënt.
ELV
De cliënt kan in Medimo een ELV-toewijzing krijgen. Dit is noodzakelijk wanneer de apotheek de ELV-declaratiebestanden vanuit Medimo genereert. Vooralsnog wordt deze informatie niet uitgewisseld in de koppeling. Een workaround hiervoor is in SBD en in Medimo een aparte toewijzing/afdeling te maken genaamd ELV. In SDB moet deze afdeling worden toegewezen aan de ELV-cliënten. In Medimo dient de ELV-afdeling het kenmerk Altijd ELV en Altijd bijlocatie te krijgen. U kunt deze afdelingen dan koppelen in de Koppelvlaktabel webservices. Op deze wijze kan alsnog vanuit SBD de ELV worden toegewezen aan de cliënten in Medimo.
Onderscheid in met-behandeling en zonder-behandeling
Voor
cliënten met-behandeling en cliënten zonder-behandeling wordt in Medimo
een verschillende werkwijze gehanteerd. Doorgaans wordt er voor de
cliënten zonder-behandeling gebruik gemaakt van de Importmodule.
Om die reden worden deze cliënten vaak op een andere afdeling opgenomen
in Medimo. De koppeling kan een onderscheid maken tussen cliënten
met-behandeling en cliënten zonder-behandeling. Hierdoor kunnen deze
twee typen cliënten in Medimo op twee verschillende afdelingen
verblijven terwijl in SDB de cliënten dezelfde toewijzing hebben.
Voor cliënten met-behandeling wordt aan het afdelingId van de SDB-toewijzing de extensie -MB toegevoegd in de Koppelvlaktabel webservices.
Hiermee kunt u die regel aan een andere Medimo afdeling koppelen.
Hierdoor worden de cliënten met-behandeling op een andere Medimo
afdeling opgenomen, dan de cliënten zonder-behandeling.
Wilt u dit onderscheid niet maken in Medimo, dan kan de optie NAW-optie: Klinische toewijzingen negeren worden geactiveerd in het koppelvlak.
Medisch Hulpmiddel
Medimo automatiseert het geneesmiddelproces zodat (medicatie)fouten kunnen worden voorkomen. Het product omvat functionaliteit zoals het elektronisch voorschrijven, het uitvoeren van medicatiebewaking en het uitvoeren van elektronische toedienregistratie en wordt beschouwd als een medisch hulpmiddel (MDR Klasse I) . Medimo wordt in Nederland op de markt gebracht door Medimo B.V. h.o.d.n. Enovation Medimo, Soestdijkseweg Zuid 13, 3732 HC De Bilt. Enovation Medimo is gecertificeerd tegen de ISO 27001, ISO9001, ISO27799 en NEN 7510. Dit document behoort tot de gebruikershandleiding van versie: 2025-3, productiedatum: 23-09-2025
Medisch Hulpmiddel
Medimo automatiseert het geneesmiddelproces zodat (medicatie)fouten kunnen worden voorkomen. Het product omvat functionaliteit zoals het elektronisch voorschrijven, het uitvoeren van medicatiebewaking en het uitvoeren van elektronische toedienregistratie en wordt beschouwd als een medisch hulpmiddel (MDR Klasse I) . Medimo wordt in Nederland op de markt gebracht door Medimo B.V. h.o.d.n. Enovation Medimo, Soestdijkseweg Zuid 13, 3732 HC De Bilt. Enovation Medimo is gecertificeerd tegen de ISO 27001, ISO9001, ISO27799 en NEN 7510. Dit document behoort tot de gebruikershandleiding van versie: 2025-4, productiedatum: 02-12-2025